Fortschritt trekkers

Zondag 21 juni 2009 Delen

Begin mei was ‘Agrifoto’ in eigen persoon er even een weekje tussenuit. De reis ging naar Zuidoost Duitsland waar we op bezoek gingen bij enkele voormalig staatsbedrijven met als doel het fotograferen van oude DDR klassiekers.

Het is dit jaar precies twintig jaar geleden dat ‘Die Wende’ plaatsvond, zoals de Duitsers het noemen. De val van het ijzeren gordijn was, en is, nog steeds een belangrijke gebeurtenis in onze wereldgeschiedenis.
Agrifoto houdt zich natuurlijk niet zozeer bezig met wereldgeschiedenis maar wel met de landbouwtechniek. Begin mei gingen we op bezoek bij enkele geprivatiseerde ex-staatsbedrijven in de provincie Thüringen, waar verschillende werkende klassiekers nog steeds een plaats hebben op bedrijven met enkele duizenden hectares landbouwgrond.

Het Duitse merk Fortschritt, in Nederland het meest bekend van haar maaidorsers, steekt er qua aantallen met kop en schouders bovenuit. De trekkers, allemaal van de ZT serie, wijken sterk af in vergelijking met hun ‘kapitalistische soortgenoten’.
Wat direct opvalt bij de ZT 300 serie is de enorme motorkap. Gezien de huidige maatstaven zal men een krachtbron van minimaal 150 PK verwachten maar niets is minder waar.
De trekker heeft een vier cilinder motor die 90 of 100 pk (vanaf 1977) aflevert. De meeste plek onder de motorkap wordt ingenomen door de olietank en 125 liter grote dieseltank.

In 1967 rolde in Fortschritt’s Schönebeck fabriek de eerste trekkers van het type ZT 300 van de band. In eerste instantie werd alleen een twee wiel aangedreven versie geproduceerd maar in 1971 volgde een vier wiel aangedreven versie met de typeaanduiding ZT 303. De vooras werd direct overgenomen van de populaire IFA W50 vrachtwagen.
Na 13 jaar in productie te zijn geweest waren er reeds 35.000 trekkers van de band gerold.
De trekker, inmiddels uitgebracht in drie verschillende versies (C, D en E), werd na 17 jaar in productie te zijn geweest vervangen door de totaal vernieuwde ZT 320/323 trekkers in 1984.

De nieuwe 320-A twee wiel aangedreven en 323-A vier wiel aangedreven trekkers beschikte over een 100 PK motor. Technisch veranderde aan de nieuwe trekker niet veel.
Het uiterlijk daarentegen werd compleet vernieuwd met een grotere en meer comfortabele cabine. Ook werd de lange neus ingekort en begon de trekker op een meer Westers model te lijken. Van deze trekkers wordt nog steeds graag gebruik gemaakt door verschillende bedrijven alhoewel de topsnelheid van 30 km/h niet meer van deze tijd is en zeker naast de nieuwe tractoren met een CVT (Continue Variabele Transmissie) in het niet valt.